Goodmorning Vietnam!! - Reisverslag uit Denpasar, Indonesië van Yentl Tuhuteru - WaarBenJij.nu Goodmorning Vietnam!! - Reisverslag uit Denpasar, Indonesië van Yentl Tuhuteru - WaarBenJij.nu

Goodmorning Vietnam!!

Blijf op de hoogte en volg Yentl

14 Juli 2014 | Indonesië, Denpasar

Dan toch eindelijk de tijd om te beginnen aan de Vietnam verhalen! Heeft even geduurd ;) Had het weken geleden al geschreven, maar telkens geen tijd om het up te loaden, maar nu wel!
De 23e vloog ik in de middag naar Hanoi vanaf Bangkok. Ik was ruim op tijd op het vliegveld en zag dat ik nog niet kon inchecken, dus maar even wachten. Ik zou om 3 uur vliegen, dus toen ik om half twee nog steeds niet kon inchecken (zoals aangegeven op het scherm), begon het toch een beetje te kriebelen bij mij. Om tien voor twee maar naar de balie gelopen: kon ik gewoon inchecken! Precies mijn vlucht natuurlijk was raar op het scherm en stond nog steeds op blanco, maar inchecken was al mogelijk. Best, want ik had inmiddels ook al wel trek gekregen, voor de verandering. Bij de balie overhandig ik het papiertje dat ik van mijn travel agency had gekregen en krijg de vaag: “ where is your ticket?!” Lichte paniek kan ik je zeggen! “Uhm, this is all they gave me and they ensured me this was my ticket”. “Okay, wait here five minutes”. Vijf hele lange minuten later, werd er niks meer gezegd, maar gewoon een ticket uitgeprint en werd ik doorvewezen naar de gate. Of ik wel een beetje wilde opschieten nu, want ik had nog maar een half uur en moest natuurlijk nog de douane door enzo! Ook daar koos ik precise de verkeerde rij! In de tijd dat de beambte naast mijn douanebeambte er drie wegwerkte, werkte de mijne er net aan een weg, zal je net hebben! Snel nog tijd voor een broodje kopen, voor véél te veel geld natuurlijk, en precies op tijd liep ik het vliegtuig binnen 

Na een vlucht van een uurtje landde ik perfect op tijd om 4 uur in Hanoi. Weer een uur later stapte ik het Backpackers Hostel binnen en zag ik daar Erik zitten, vriend uit Nederland die mij ruim twee weken zou vergezellen in Vietnam! Natuurlijk moest de hereniging gevierd worden met een aantal biertjes en een eerste heerlijke Vietnamese maal  Na een aantal biertjes in het hostel de straat maar op gegaan, op zoek naar eten. Nou is het eten snel gevonden dus dat is het probleem niet, maar het verkeer in Vietnam is echt bizar! Het oude centrum van Hanoi bestaat uit redelijk smalle straatjes, maar dat belet geen enkele scooter-rijdende Vietnamees om met z’n drieen tegelijk mensen, scooters of auto’s in te halen! Het verkeer daar is een goed voorbeeld van ‘survival of the fittest’ , degene met het meest doorzettingsvermogen, meeste lef en minste angst om dood te gaan: die mag doorrijden ;) Ook oversteken is een vak apart daar, maar je wordt er met de dag beter in!
Na een prima maal de smalle straatjes doorgelopen op zoek naar een leuk tentje om een ‘fresh beer’ te drinken: een Vietnamees biertje voor maar liefst 0.13 eurocent! De prijs-kwaliteitverhouding is perfect haha! Het zitten was af en toe wat minder, ja letterlijk het zitten. Ten eerste zaten we op plastic kinder-krukjes, met een plastic kindertafeltje, wat al pittig was voor ons zitvlees en de lange benen, maar ach. Ten tweede, werden we op een gegeven moment vriendelijk doch dringend verzocht op te staan, warden de stoeltjes onder onze billen vandaan getrokken en opgeborgen, omdat de politie langs kwam rijden. Mag je blijkbaar helemaal niet zitten op straat! Iedereen en elk café weet dat, dus zodra de politie gesignaleerd is gaat het rond al seen lopend vuurtje en bereid iedereen zich voor. Valt natuurlijk helemaal niet op dat er 50 man per café bier staat (letterlijk) te drinken en gok dat de politie het prima weet, maar betrappen zullen ze de café’s niet haha! Goed, toen we het echt niet meer volhielden op de krukjes zijn we maar op zoek gegaan naar een echt café. De eerste was niet echt een success, best prijzig en daarnaast zaten er alleen maar mooie Aziatische vrouwtjes en heel toevallig alleen maar Westerse overduidelijk alleenstaande mannen.. Dus snel maar op zoek naar een ander café! Needless to say, it was a good night!
Volgende morgen niet al te laat op om te ontbijten, want er moest een hoop gebeuren! We wilden met de brommer van Hanoi naar het zuiden rijden, eindigend in Ho Chi Minh, maar dan moisten we natuurlijk wel een brommer hebben! Eerst een beetje bij het hostel gevraagd en net toen we twee brommers op het prikbord (net als bij alle supermarkten in Nederland eigenlijk!) hadden gevonden en contact aan het zoeken waren, zagen we twee Engelse gasten die zojuist een A4tje op hun T-shirt plakten met “bike for sale”: dus wij erop af! En na wat geode hadden we na een paar uur zoeken een brommer gevonden, helemaal top! Nu moesten we natuurlijk nog een beetje een plan maken. Het zou natuurlijk 26 april Koningsdag zijn en er is een Nederlandse ambassade in Hanoi, dus ik wilde eigenlijk graag een paar dagen blijven nog om dat mee te pakken. Precies toen we het hierover hadden warden we aangesproken door een Nederlands meisje die ons vertelde dat het die avond gevierd werd en dat ze rond half 6 met wat Nederlanders een taxi zouden pakken vanaf het hostel. Prima! Hoefden we dus ook niet langer in Hanoi te blijven en kon ik gaan genieten van kaas en bitterballen; dat was mijn hoop in ieder geval. Nou, die avond warden mijn dromen overtroffen, was ik gewoon even vergeten hoe erg ik haring mis!!!!!! Want ook dat was er!!! Het was niks van wat ik verwachte, het was vooral een netwerkborrel leek het onder leiding van klassieke muziek haha! Maar mij ging het om het eten!! Kaas, bitterballen met mosterd, haring met uitjes en natuurlijk Heineken ;) Heelrijk!!! Er waren iets van 8 gasten van het hostel en de andere mensen waren eigenlijk allemaal mensen die hier wonen en werken, veel buitenlanders ook en iedereen was een beetje belangrijk aan het zijn met elkaar leek het, but I didn’t care! Nadat ik me aan alle hapjes had volgevroten, was het tijd om naar het buffet te gaan! Heb niet veel gegeten, logisch, maar had wel wat ruimte overgelaten voor de heerlijke toetjes! Je merkt al: Koningsdag in Hanoi ging mij om het eten! Nou waren de andere “jongeren” gezellig en wilden ze nog gaan borrelen, maar als wij de volgende dag enigszins op tijd en helder op willen staan om uit Hanoi te gaan rijden, konden we maar beter naar huis gaan. Zijn we uiteindelijk in het hostel zelf nog wat gaan drinken (daar werd elke avond een geode party gehouden) en kwamen we de groep uiteindelijk daar weer tegen haha! Maar toch niet te laat naar bed, want alles sluit daar om 0.00. Tuurlijk kan je verder feesten op plekken, maar de luifels worden wel gesloten zodat het lijkt alsof het dicht is, waardoor het gelijk ook een beetje een louche tent wordt ;) Maar netjes rond half 1 lagen we in bed en een aantal uur later ging de wekker om te vertrekken.
Nou het was nogal een gedoe om te vertrekken! De motors stonden volledig ingeparkeerd, dus dat duurde een uur (letterlijk!!), toen ging er iets mis met mijn brommer, toen met die van Erik dus voor we vertrokken was het al einde van de ochtend. En toen moesten we Hanoi nog uitkomen. Nu had de gast van de reparatieplaats iets van aanwijzingen gegeven, die haast klopten, maar niet helemaal. Het heeft ons 3 uur geduurd voor we eruit waren!! Nu Is het een grote en belachelijk drukke stad, maar 3 uur was niet nodig geweest als je in een keer goed reed, haha! Toen moesten we ook nog de juiste weg zoeken, nou dat ging ook soepel. Zaten we op de geode weg, eindelijk, gebaarde iedereen met wilde armen naar ons, maar wij doorrijden. Worden we aangehouden door de politie: zitten we op de snelweg die alleen voor auto’s is! Hu per zo snel mogelijk vanaf, maar ja, dan moet je weer de juiste weg zoeken en het werd later en later. Dus toen kwamen we op de beruchte Highway 1 terecht. My God, zoiets als dat heb je nog nooit gezien en zal je waarschijnlijk ook echt alleen daar zien. Het verkeer in Azie is heel anders van in Europa sowieso, maar Vietnam en met name Highway 1 is van een volledig andere klasse haha! Alles rijdt door elkaar, hartstikke hard, behoorlijk vieze weg ook, stoffig en ook niet altijd lekker geasfalteerd, maar ja, zo kwamen we er wel natuurlijk! Dus toch maar doorgereden, hoewel we die weg eigenlijk in zijn geheel wilden vermijden, maar ach, zolang het ging, was het goed. Het werd alleen later en later en bleken we uiteindelijk ons einddoel van die dag niet te halen, maar strandden we er net 15 kilometer voor. Dus de volgende dag extra vroeg op weer om het Cuc Phuong National Park te bereiken om een nachtje te slapen.
Volgende ochtend bereikten we het nationale park. De route er naartoe was heel mooi, wederom verliep het niet vlekkeloos haha, en was heel mooi om te zien dat hoe dichterbij het park we kwamen, hoe meer vlinders er op de weg waren. In het park waren er echt duizenden! Soms irritant ook wel, want ze fladderden in je zicht en regelmatig raakte je ze ook gewoon zelf! Maar supermooi! We zouden middenin het park verblijven, maar eerst wilden we langs een apen- en een schilpaddenopvang bij het begin van het park. Was niet heel boeiend, maar ach. Erna moesten we nog 7 kilometer in het park zelf rijden, en dat was wel heel mooi, met dus ook duizenden vlinders om ons heen. Gelijk even gaan dutten voor we een wandeling in de jungle zouden maken, op zoek naar een boom van 1000 jaar oud. Uiteindelijk iets langer blijven slapen dan verwacht, waardoor onze korte hike nog enigszins in gevaar kwam, maar toch zijn we gegaan. Voor Erik was een vooral een mooie ervaring, want hij was nog nooit in een jungle geweest, voor mij was ie helaas niet zo boeiend, maar nog steeds mooi. De boom was belachelijk groot wel! Maar de boom was ongeveer halverwege en het was al 5 uur.. Zullen we doorlopen of teruglopen? Toch besloten om door te gaan en uiteindelijk werd het een beetje een race tegen de klok, want het werd gewoon echt al een beetje donker en wij waren nog middenin de jungle! Met een stevige pas hebben we het net voor het echt donker werd gehaald, wel volledig bezweet haha!
Volgende dag was het alweer tijd om naar het volgende national park te gaan, maar het regende keihard toen we wakker warden. Gewacht tot het droog werd, naar het begin van het park gereden om te ontbijten, en toen we zaten begon het weer te storten! Twee uur lang daar gewacht, toen werd het droger en zijn we toch gegaan, want als we ongeveer 200 kilometer wilden gaan rijden, moesten we wel gaan! Nog geen 300 meter verder, begeeft Erik zijn brommer het! Dus ik heb hem uiteindelijk geduwd naar het dichtstbijzijnde dorpje om te laten maken. Toen we daar zaten begon het nog harder te regenen! Ook buienradar liet zien dat het nog zou blijven regenen en ook de dag erna. Zo zou het voor ons niet opschieten, we moesten wel doorgaan om begin juni in Ho Chi Minh te zijn! Het heeft echt de hele dag belachelijk hard geregend, te gevaarlijk om te rijden met zulk verkeer op zulke wegen, maar wat moesten we dan. We moesten echt kilometers gaan maken! Na lang wikken en wegen, besloten we toch in de regen te rijden, maar dan voor maar 25 kilometer, terug naar een grote stad, waar een treinstation was. We hadden namelijk gehoord dat je je brommer ook met de trein kon vervoeren: we dachten dat moet de oplossing zijn! Anders gaan we het nooit halen. Dus op naar het treinstation! Einde van de middag vonden het station, kochten een treinkaartje voor die avond en ook de scooters konden op de trein. De communicatie met de vrouw die het vervoer van de brommers zou regelen, verliep echter heel stroef. Maar we hadden het bedrag en we moesten om 20.00 terug zijn. Dus wij eerst wat eten. Lekker gegeten, Ajax bijgehouden via ad.nl aangezien Ajax die dag kampioen zou kunnen worden en is geworden, en weer terug naar het station. Toen we onze brommers wilden betalen en inpakken kwamen we erachter dat de scooter niet met ons op de trein ging, maar drie dagen later zou aankomen!! Ai, dat was niet het plan! Maar ja, het niet al te goedkope treinkaartje was al gekocht en het zou betekenen dat we 1 dag langer in Dong Hoi moesten blijven. Ach ja, bye bye brommer, we will see you in a couple of days haha!
Vanaf Dong Hoi zijn we met de taxi naar Phuong Nha gegaan, waar het national park is. We verbleven in een homestay bij een Vietnamese vrouw met haar Australische man. Heel gezellig was het daar! Elke avond at iedereen daar, er was plek voor ongeveer 10 mensen, dus het was heel cozy en intiem en gelukkig waren er leuke mensen! Zowaar een hele leuke Amerikaan ontmoet ;) De eerste dag zijn we met een Nederlandse meisje op de fiets vertrokken naar Phuong Nha zelf (de homestay lag er 7 kilometer buiten) om met de boot een grot te bezoeken. Het was een half uurtje op het water, supermooi door bergen en dorpjes heen, voor we bij de grot aankwamen. Met de boot warden we rondgevaren; behoorlijk grote grot was het dus! Uiteindelijk konden we aan het begin ook rondlopen; supermooie en bizar grote stalgmieten en –tieten gezien en aparte rotsformaties, maar erg mooi. Ik houd normal niet zo van grotten, maar deze mocht er zeker wezen! De tweede dag gingen we op de scooter een grote loop van 70 kilometer maken, door het national park heen en dan 2 grotten bezoeken. De weg er naartoe was belachelijk mooi! Zo groen, het water zo blauw, weer duizenden vlinders, blauwe lucht en heerlijke zon: fantastisch! Op weg naar grot #1: Paradise Cave. Na een goede klim van ruim 500 traptredes, stonden we aan het begin van de grot en moesten meerdere trappen naar beneden: het leken wel the mines of Moria (voor the people who watch LOTR)! De eerste “hal” was echt bizar groot! Moeilijk om ergens mee te vergelijken, maar een een grote kathedraal of de Sint Pieter in Rome komt denk het dichtst in de buurt! De grot blijkt de grootste droge grot te zijn en is 31 kilometer diep. Heel vet om doorheen te lopen! Het was ook lekker rustig toen wij er waren, de Chinese en Japanse toerbussen waren precies aan het lunchen toen wij door de grot heen liepen 
De volgende grot was een heel stuk verder en was the Dark Cave; kon me er absoluut geen voorstelling bij maken, behalve dat het waarschijnlijk donker zou zijn, maar ik was benieuwd! De grot bevond zich aan de andere kant van het bizar blauwe water; we zouden eerst een paar honderd meter moeten overbruggen met de kano. Haha, dat ging echt helemaal niet soepel! De gids heeft even op ons moeten wachten. Hoewel er geen stroming was en het dus eigenlijk niet zo moeilijk zou moeten zijn,presteerden wij het om elke ‘slag’ door te draaien, weer af te wijken van de koers ennzovoorts, maar we hebben het gered. In bikini, reddingsvest en helm met lichtje, gingen we naar binnen en inderdaad na een tiental meter werd het te donker en moest het lichtje aan. Na even door water gelopen te hebben, kwamen we aan op een soort zandbank, mochten de reddingsvesten uit en sloegen we af naar rechts: een donker, nauwe gang in. Daar begon de pret: modder everywhere!!! Eerst probeerde ik nog een beetje schoon te blijven en nauwelijks mijn handen te gebruiken, maar na een kwartier kom je er wel achter dat dat absoluut geen zin heeft! Op een gegeven moment zak je tot aan je knieen in de modder, is de gang zo small dat je schouders de zijkant sowieso al raken en daarnaast moesten we ook regelmatig over punten heen klimmen of een kleine heuvel op: dat is goed lasting als je onder de modder zit haha! Je glijdt alle kanten uit en op! De geluiden die je dalende voeten in de modder creeeren, zijn ook niet al te mis trouwens! De toer eindigde in een modderbad: alles wat nog niet onder de modder zat, werd ook toen modderig, ook met de hulp van de gids! Onder de modder mochten we weer terugklimmen, ditmaal nog moeilijker, want we waren nog modderiger en dus glibberiger en aan het einde in het koude water alle modder afspoelen en nog een stukje verder in de donkere grot zwemmen. Supervette grot!
Na twee dagen gechilled te hebben in hetnational park overdag en onze homestay in de avond, was het weer tijd om de wekker lekker vroeg te zetten om naar het treinstation te gaan en onze scooters op te halen om verder te rijden. Nadat onze scooters uitgepakt waren, konden we op weg! Of nou, eerst langs het benzinestation, want er was gewoon benzene gejat uit onze scooters haha! Erna, op weg naar Hoi An. Had van tevoren al zoveel goede verhalen gehoord over dit stadje, was blij dat we op weg konden! In de avond kwamen we eindelijk aan bij het beruchte Sunflower hotel: echt elke backpacker verblijft hier en aangezien ik niet zoveel zin had om er tijd en moeite in te steken, zijn we de verhalen gewoon maar gevolgd en checkten we in bij Sunflower. De hele kamer bleek te bestaan uit Nederlanders  Verder was het hotel eigenlijk niet heel boeiend, maar het ontbijtbuffet was fantastisch en eten is erg belangrijk haha! Maar wat een leuk stadje is Hoi An! Er is niet per se veel te doen, maar de hele sfeer is gewoon heerlijk! Het kleine, oude, historische stadje was vol met winkels en restaurants, maar allemaal zo mooi onderhouden, mooie kleurrijke bomen sierden de straten en vooral –daar is Hoi An beroemd om- duizenden lampionnen die de stad in de avond al helemaal opvrolijken! Zo mooi! Ook daar eigenlijk vooral gechilled de dagen dat we er waren. Overdag een beetje het stadje rondstruinen, dagje naar het strand, historische plekjes bezoeken en in de avond lekker eten, drankjes doen; the usual. Heerlijk genoten van de plek. Als we geen tijdsdruk hadden, had ik er zo een week of anderhalf kunnen blijven plakken haha! Maar Erik moest begin juni alweer terug naar huis vliegen, dus we hadden enige haast. Na een paar dagen in Hoi An moest ik toch afscheid nemen van het stadje om verder te rijden.
De volgende dagen bestonden alleen maar uit rijden om op tijd in Saigon aan te komen. Onderweg supermooie natuur gezien, fantastische wegen, maar ook verschrikkelijke wegen: vol putten, bestaande uit alleen zand, grote keien overal, wegen bestaande uit grof grind, noem het op, Vietnam heeft alle soorten wegen! Ook is er geen dag voorbij gegaan dat Erik iets moest laten fiksen aan zijn scooter haha, maar ach, we raakten eraan gewend. Het was een hele ervaring, ik ben zelfs nog onderuit gegaan op een onwijze modderige weg! Het had keihard geregend, wij hadden geschuild, maar na een paar minuten dat het weer droog was stapten we weer op. Na ongeveer 400 meter begon een belachelijk modderige weg, die slingerde en ook nog eens omhoog ging en daarna daalde! Oh, en we redden met z’n honderden tegelijkertijd dus iedereen was aan het bumperkleven. Ik ook en de persoon gaat ineens naar links, dus ik ook om hem te ontwijken en hup, daar ga ik! Vooral lekker met mijn enkel op de uitlaat, dus ook ik ben gezegend met blijvend cadeautje uit Vietnam ;) Reden heel langzaam dus er was verder weinig aan de hand gelukkig naast de brandwond en dat er overal modder zat gelukkig! Maar na in total zo’n 1200 kilometer te hebben afgelegd bereikten we op begin juni dan eindelijk Saigon!
We hadden hier nog twee dagen voordat Erik weg zou gaan en we moesten in ieder geval de scooters verkopen en we wilden graag naar het museum over de oorlog tussen Amerika en Vietnam. Dat is dan ook precies wat we gedaan hebben: de scooters verkocht en het museum bezocht. Het museum was wel erg indrukwekkend. Het was helaas niet een heel goed museum: er werd niet veel context gegeven en het bestond vooral uit foto’s van mensen die slachtoffer zijn van het ‘agent orange’ dat de Amerikanen gebruikten in de oorlog. Wat verschrikkelijk is natuurlijk, maar dat is niet waar de oorlog om ging destijds. Het ‘agent orange’ was een soort gif die de idiote Amerikanen gebruikten in Vietnam, maar wat nu nog steeds heel veel invloed heeft op het leven van vele Vietnamezen. Mensen die ermee besmet zijn geven het door: het dna is echt gemuteerd. Zo hebben veel mensen bijvoorbeeld producten gegeten in de gebieden waar ‘agent orange’ gebruikt werd, en zo besmet raakten en het doorgaven aan hun kinderen. De mensen zelf kregen ook vaak last van bijvoorbeeld misvormingen, huidaandoeningen, noem het maar op. De kinderen ook, maar hadden daarnaast ook vaak kans op mentale achterstand. Heel schrijnend om te zien al die foto’s van misvormde kinderen (vaak waren de ledematen aangetast, niet volgroeid of bijvoorbeeld vergroeid). Een ander mooi gedeelte van het museum was de tentoonstelling die bestond uit foto’s die oorlogsfotografen hadden gemaakt. Deze foto’s waren heel mooi en indrukwekkend om te zien. Vooral ook mooi was het werk van fotografen die doorkregen dat de oorlog niet al te best was. Het was wel duidelijk dat veel mensen in Amerika niet doorhadden wat voor slechte dingen er gedaan werden in Vietnam (mensen maakten het zelf niet mee en de media wist er ook lang niet alles vanaf). Op een gegeven moment veranderde dat en zag je dat kranten en bladen als de Rolling Stone kritische stukken plaatsten over de oorlog, wat vaak voortkwam uit het werk van oorlogsfotografen.
En toen brak alweer de laatste dag aan voor Erik! De tijd was voorbij gevlogen echt! De laatste dag hebben we de scooters verkocht, beetje door de stad gelopen en toen was het al tijd om een laatste potje pool te spelen en weer afscheid te nemen! Ik zou nog een dag in Ho Chi Minh blijven en de volgende avond met de bust naar Dalat gaan. Die avond ben ik met vijf gasten van het hostel gaan eten en drinken. Ik was na Erik nog even bezorgd van: “o, nu moet ik weer in de echte reis-modus komen”, maar dat was ik weer binnen 1 minuut haha! Erik was weg en ik raakte aan de praat met een gast uit het hostel en na een half uur stond ik met vijf gasten te lullen en gingen we uit eten. Alex en Allesandro wisten een goed restaurant en een leuke bar. Nou, ik heb het licht zien worden! Wat niet heel chill was, want twee gasten moesten de volgende ochtend om half 8 met de bus, een ander om half 9 en ik ging om 9 uur met de bus op een dagtour haha! We hebben het allemaal gered!! De tour die ik gedaan heb echter was niet heel leuk. Ik ging naar de Cu Chi tunnels, twee uur buiten Saigon was een dorp die echt een tunnelstelsel hadden aangelegd tijdens de Vietcong en zo veel soldaten heeft kunnen uitschakelen en zelf ongedeerd bleven door het gebruik van de tunnels. Ze waren ook zo goed verborgen dat de vijand ze nooit heeft kunnen vinden. Klinkt interessant, was het ook, alleen zat ik in een bus met 50 andere toeristen en waren er naast mijn bus nog een stuk of 50! Hele bos vol toeristen dus, allemaal groepjes met een eigen gids: heel jammer! Gelukkig zaten er een paar leuke gasten in mijn bus en was de gids enigszins hilarisch ;) Na de tour zat er voor mij weinig anders op dan nog een hapje te gaan eten en mijn tas op te halen in het hostel om de bus van 9 uur te halen.
Midden in de nacht kwam ik aan in Dalat! Normaal maak ik geen reserveringen voor hostels, maar een vriendin van me zei dat dit hostel zo leuk was (maar ook heel druk), dus had nu wel een reservering gemaakt, gelukkig maar ook dus! Had het hostel ook al gemaild dat ik in de nacht aan zou komen en ik kon ze gewoon wakker maken, want ze sliepen naast de ingang. Dus ik om half vier in de nacht rammelen aan de deur, doet Mama open  (het is een familiehostel) en spreekt geen word Engels haha! Maar werd binnengelaten, ze wees me een matras aan (in de jongens-dorm haha!) en ik ging lekker verder slapen, net als Mama. Volgende ochtend kon ik inchecken bij Crazy Girl (een van de dochters) en verzorgde de overbuurvrouw het ontbijt. Daar raakte ik aan de praat met Ariel (uit Argentinie) en Thoma (uit Duitsland) en besloten we een tochtje te gaan maken. Aangezien zij al brommers hadden, en ik natuurlijk niet meer, ging ik achterop. Was wel even wennen om zelf niet te rijden!! Maar een mooie citytour gedaan: Dalat is een mooie, groene stad, niet al te druk en lekker veel bos in de omgeving ook, dus prima vermaakt.
Nu was de reden van mijn verblijf in Dalat dat ik graag op bezoek wilde bij een Boeddhistisch klooster waar een vriendin van mij een maand ervoor was verbleven. Zij heeft toen een week bij de nonnen mogen wonen en dat leek mij een bijzonder mooie ervaring om mee ook mee te maken. Dus volgende dag met z’n drieen op zoek naar het klooster, dat even buiten Dalat lag. Terwijl zij gingen rondkijken, ging ik op zoek naar een monnik (de nonnen leven apart van de mannelijk monniken natuurlijk en het verblijf van de monniken is wel toegankelijk voor publiek, dat van de nonnen niet). Ik sprak een monnik aan en die zei mij dat ik 40 minuten zou moeten wachten op een andere monnik die beter Engels sprak om mij te helpen. Tot die tijd mocht ik bij hem zitten en mediteren. Snel eerst even Ariel en Thoma opgezocht om te zeggen dat zij maar door moesten gaan zonder mij en dat ik zelf wel thuis zou komen. Vervolgens, braaf in de hoek van zijn ‘zaal’ gaan zitten om te mediteren ;) Even later werd ik opgepikt door een monnik en vertelde ik dat ik graag met de nonnen mee zou willen draaien en er zou willen blijven slapen als dat kon. Nou was dat niet het geval, daar was ik al op voorbereid, maar ik mocht ze zeker bezoeken. Dus werd ik begeleid naar het complex van de nonnen en werd ik opgewacht door Trit, die enigszins Engels kon. Zij gaf me 7 boeken mee over het Boeddhisme en hun rituelen die ik kon inlezen. Daarna gingen we naar de meditatiezaal waar zij mij hun manier van mediteren zou leren en uitleggen, zodat ik niet voor verassingen zou komen te staan haha. De volgende dag kon ik ze vanaf 6 uur bezoeken tot een uurtje of 5 in de middag. Rond vijf uur verliet ik het klooster en was ik op zoek naar een taxi, maar die waren er niet echt zo ver van de stad vandaan! Gelukkig liep de bewaker nog rond en belde hij een motor-taxi voor mij. Ik liet hem weten dat ik de volgende ochten om 6u al bij het klooster zou aankomen, met de vraag of hij dan al aanwezig was. Ooh je komt om te mediteren? Ja, dan zorg ik dat het hek open Is zo vroeg! Top! Twee minuten later kwam de moto aanzetten en vertrokken we naar het hostel. Aangekomen bij het hostel vroeg hij in zijn allerbeste Engels of ik hem de volgende ochtend nodig had om mij weer af te zetten bij het klooster: had de bewaker vast aangegeven, heel lief! Voor de aankomende drie dagen haald hij me elke ochtend om 5.30 op en bracht hij mij om 17.30 weer naar huis!
Goed, het was een beetje vaag in het begin, want van alle nonnen die aanwezig waren spraken er 2 een beetje Engels, dus dat is lasting communiceren! Uiteindelijk kwam het allemaal goed toen er een half Vietnames, half Amerikaanse bijkwam, verliep allemaal wat soepeler. Ik verbleef bij twee hoofdnonnen, de nonnen in opleiding en de gasten. De ‘ echte’ nonnen verbleven in hetzelfde complex, maar aten bijvoorbeeld niet in dezelfde zaal als wij, dus daar had je over het algemeen minder mee te maken. Maar goed, de eerste drie dagen kwam ik alleen op bezoek tijdens de dag. Om 6.00 kwam ik aan, hielp even mee met wat klusjes voor we om half 7 gingen ontbijten. Vooraf aan het ontbijt ging een zang-ritueel en een stil gebed waarbij iedereen drie kleine hapjes rijst nam: bij elk hapje stond je ergens bij stil, eerst bij de arme mensen, daarna bij de zieke en als laatste bij de overladen mensen. Vervolgens buig je naar je kommetje en wordt er in stilte gegeten. Na het ontbijt ga je verder met de huishoudelijke taken: tuinieren, kamers schoonmaken, keuken etc. Tot een uurtje of 9 en dan was het tijd om even te snacken. Na een kwartiertje rust ging je verder met de taken. Vanaf half 11 tot half 12 kon je persoonlijke klusjes doen als wassen, douchen etc. Om half 12 was het tijd voor de lunch. Het ritueel voorafgaand aan de lunch was veel uitgebreider, de kom met rijst moest op een bepaalde manier vastgehouden worden tijdens het zingen, er werd gegeten met de lepel, maar alles werd opgeschept met je stokjes en als laatste: je allerlaatste etensresten in je kom spoelde je weg met warm water en dat dronk je op tijdens het ritueel na het eten. Pittig de eerste keer: had even geen idee wat ik moest doen haha! Na de lunch ruimde je alles af en da nom half 1 tot 2 doet iedereen een middagdutje. Daarna hebben zij les en gaan de gasten lezen over het Boeddhisme. Dan vanaf half 4 ongeveer help je waar je kan en dan rond 5 uur ging ik weer naar huis.
Na twee dagen er te zijn geweest, vroeg ik weer of ik mocht blijven slapen. Op die manier zou ik de volledige dag van een non mee kunnen maken en, het belangrijkste voor mij, het mediteren meemaken. Dat mocht! Had van Arianna, die vriendin van me, al gehoord dat het bij haar ook zo ging. Volgens mij zijn ze gewoon wat afwachtend met Westerlingen en willen ze niet dat men van hen profiteert door gratis daar te verblijven, dus kijken ze eerst enigszins of je wel serieus bent ofzo. Maar heel fijn, ik mocht er blijven! En toen begon het echte werk. De aankomende vijf dagen zagen er voor mij, had een eigen routine wel ontwikkelt, zo uit:

3.15 : opstaan
3.30 : mediteren
5.45 : beginnen met huishoudelijke klusjes. Ik begon eigenlijk altijd met het vegen van het erf.
6.30 : ontbijt
7.00 : verder met klusjes. Vaak hielp ik eerst met de afwas en ging daarna tuinieren.
9.00 : snack-time!
9.15 : verder met klusjes. Vanaf half tien ofzo hielp ik vaak mee in de keuken. Hier werkten
De ‘echte’ nonnen alleen die voor het hele complex (a 150 vrouwen) kookte. Ik kon
Me wel goed vermaken in de keuken door urenlang groentes en kruiden te snijden en
Sorteren. Alles daar was veganistisch, ze groeiden alles zelf in de tuinen en niks ging ve
verloren, zelfs stengels van planten bijvoorbeeld werden gebruikt.
11.00 : voorbereiden van de lunch.
11.30 : lunch.
12.00 : afruimen lunch
12.30 : middagdutje. Ik sliep niet elke dag, maar ging in ieder geval even op bed liggen dan.
14.15 : lezen over Boeddhisme.
15.30 : extra klusjes doen als het lappen van de ramen, kastjes herinrichten etc.
17.30 : boetedoening in de grote zaal.
18.00 : dagelijkse ceremonie in de grote zaal om Boeddha te eren met alle nonnen.
19.00 : rusten
19.30 : mediteren
21.45 : slapen

Het was een hele mooie en bijzondere ervaring. Superontspannen daar, heel leerzaam en de mensen waren zo vriendelijk. Nadat ze een beetje aan me gewend waren, vonden ze het eigenlijk maar wat interessant dat ik er was, wilden van alles van me weten en werd ik (middels handen en voeten werk) meer en meer betrokken bij de dagelijkse klusjes bijvoorbeeld. Merkte dat de keuken het echt leuk vond dat ik daar gewoon elke dag kwam helpen bijvoorbeeld. Op de vijfde dag daar heb ik me zelfs om laten dopen tot student van Boeddha. Vond het zo’n mooie ervaring daar en het Boeddhisme is zo’n mooi geloof, dat ik graag deel uit wilde maken van de ceremonie en de ervaring. Dat vonden de nonnen al helemaal mooi! Tijdens de ceremonie kon Jen (de half Amerikaanse) mij gelukkig helpen door te vertalen, zodat ik wist wat er door de hoofd-non verteld werd. De hoofd-non is onze Boeddhistische leermeester en we kunne altijd bij haar terecht. Bij het Boeddhisme zijn er vijf regels waaraan je moet voldoen, als je denkt je er niet aan te kunnen houden, beloof het dan ook niet werd mij verteld. Kort door de bocht komen de regels neer op het volgende:
1. Niet doden van zowel mens als dier.
2. Niet liegen, waarbij een leugen om bestwil wel mag. De hoofdnon gaf hierbij zelf als voorbeeld dat als je beste vriend zich verschuilt in jouw huis, iemand wil hem kwaad doen, die persoon klopt bij jou aan om te vragen of je vriend zich verschuilt in jouw huis: dan mag je liegen.
3. Niet vreemdgaan; het huwelijk is heilig.
4. Niet stelen.
5. Geen alcohol of drugs; in ieder geval niet tot het punt waarop je jezelf verliest.
Op de eerste vier heb ik braaf beloofd me eraan te houden, maar de laatste toch maar niet gedaan haha! Wist natuurlijk toen al dat ik me daar niet aan zou kunnen houden mijn hele leven ;) Werd uiteindelijk omgedoopt tot Cho’n Thanh Nhan, wat zoiets betekent als de rustige, heldere en betrouwbare; mooie naam dus! Heb daar echt een supermooie ervaring aan overgehouden, maar na een week was het tijd om weer verder te gaan: terug naar Dalat.

Wilde graag nog een dagje in Dalat zelf doorbrengen omdat er mooie watervallen enzo in de omgeving waren. Toen ik in de middag terugkwam raakte ik aan de praat met JB, Charles, Alex, Howard en Paul en daar ben ik bij gebleven die twee dagen in Dalat haha! Begonnen al vroeg met wijn (was maar goed dat ik niet had beloofd om geen alcohol meer te drinken!) en daarna met iedereen van het hostel eten (Mama kookte elke avond voor iedereen, a 50 man!) om in de avond met iedereen, onder leiding van Crazy Girl te stappen in Dalat. De volgende dag kwam dus niet zo veel meer van dat sightsee-en aangezien we megabrak waren! We hebben de woonkamer in beslag genomen en de heeeeeele dag films gekeken haha! We waren zelfs te moe om naar de supermarket te gaan, maar er werdg elukkig liefdevol voor ons gezorgd ;) De volgende nacht moest ik echter alweer afscheid nemen van mijn Engelse vrienden om de bus naar Siagon te pakken. Daar kwam ik vroeg in de morgen aan om in de middag Cindy weer te meeten! Het waren haar allerlaatste twee dagen in Azie voor ze naar huis ging, dus daar hebben we het beste van weten te maken  Zij vertrok de 22e in de ochtend naar Canada en ik de 22e in de avond naar Bali.

En daar ben ik nog steeds! Mijn volgende blog zal mijn laatste zijn denk ik voor ik alweer naar huis ga! Zal niet twee keer zo lang zijn als mijn andere blogs omdat het over twee maanden gaat; don’t worry! Heb de afgelopen twee weken vrijwilligerswerk gedaan in een weehsuis en blijf er nog minimaal een week, dus leef nu een vrij ordinary life. Ben alleen in Bali, dus dat maakt een hele hoop goed haha!


Knuffels, liefs en kussen vanuit Bali


Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Yentl

Een half jaartje reizen in Azie!

Actief sinds 05 Jan. 2014
Verslag gelezen: 983
Totaal aantal bezoekers 3672

Voorgaande reizen:

15 Januari 2014 - 19 Juli 2014

Yentl goes Asia

Landen bezocht: